fbpx

Holocaustoverlevende Sallo: “Een non redde mijn leven”

Sallo van Gelder
Deel deze post:
Lees ook:

De Joodse Sallo van Gelder overleefde de oorlog, maar blijft er altijd mee bezig. Zijn verhaal lijkt wel een filmscript, met de één na de andere bizarre gebeurtenis. Lees het hier!

Onderduiken

Sallo’s onderduikgeschiedenis begon in augustus 1942. Hij was toen vijf jaar oud. Zijn ouders en broer doken onder in Aalten, een plaats in Gelderland. Bij dat adres was geen plek voor vier personen, dus werd Sallo naar de familie Te Lindert gebracht. “Mijn vader beloofde mij diezelfde avond weer op te halen, maar dat gebeurde niet.” Langzamerhand begon hij zich thuis te voelen bij de familie. In het begin mocht hij daar nog buiten spelen; zijn haar was kort geknipt om de donkere kleur minder zichtbaar te maken. Maar vanaf 1943 moest hij binnenblijven. Als het gevaarlijk werd, moest hij zich soms verstoppen in het roggeveld of op zolders van andere boerderijen.

Augustus 1943 kwam een razzia. De Duitsers waren op zoek naar een geallieerde piloot en omsingelden de boerderij van Te Lindert. De piloot werd niet aangetroffen, maar Sallo wel. Hij werd naar Arnhem gebracht en moest daar met andere Joodse kinderen wachten om op transport gezet te worden. Boer Te Lindert werd opgesloten in kamp Vught, vanwege zijn hulp aan de jonge onderduiker.

Gered

Drie weken later, eind augustus, stond de zesjarige Sallo met andere Joodse kinderen op het Centraal Station van Amsterdam, te wachten op transport naar Westerbork. “Opeens werd ik gewenkt door een non. Ze nam me mee en verstopte me onder haar rok. Ze verwijderde mijn Jodenster en nam me mee op de trein terug naar Arnhem. Het bleek een studente van het Christelijk Lyceum in Arnhem en een verzetsstrijdster. Ze stond eigenlijk op een ander jongetje te wachten, maar die kon ze niet vinden.”

Ze stond eigenlijk op een ander jongetje te wachten, maar die kon ze niet vinden.

In Arnhem werd Sallo door haar ondergebracht bij een andere onderduikfamilie. Hij kreeg ook een schuilnaam: Jantje. Eind 1943 werd hij weer teruggebracht naar zijn eerste onderduikadres, bij de familie Te Lindert in Aalten. Meneer Te Lindert zat op dat moment nog gevangen in Vught en kwam een tijd later, net voor kerst 1943, terug naar huis. In januari 1944 maakte een buurman van Te Lindert de opmerking: ‘Hebben jullie dat kereltje nu toch weer in huis?’ Toen werd het te gevaarlijk bij Te Lindert en werd Sallo ergens anders ondergebracht.

In maart 1944 kwam hij opnieuw bij Te Lindert terecht. Enkele weken later werd hij eindelijk herenigd met zijn ouders en zijn broer die nog altijd waren ondergedoken bij hun schuilfamilie. Het hele gezin bleef daar tot de bevrijding, zo’n jaar later.

40 jaar later

Zijn reddende engel heeft Sallo teruggevonden, na veertig jaar. “Ik kwam erachter dat ze Sietske Visser-Hoekstra heette en belde haar. Maar ze wilde aanvankelijk weinig van me weten. Haar man belde me een dag erna terug en vertelde dat ze de oorlogsperiode wilden afsluiten en hoe ze jarenlang onder behandeling waren geweest.” Toch nam Sallo daar geen genoegen mee. “Ik kwam erachter waar ze woonden en heb ze thuis opgezocht. Ze liet me binnen,  maar erg hartelijk was het nog niet. Maar toen ik later op hun huwelijksjubileum verscheen, leek het ijs gebroken.”

Toen Sietske op voordracht van Sallo een Yad Vashem-onderscheiding uitgereikt zou krijgen – voor niet-Joden die in de oorlog Joden hielpen – liet ze weten de onderscheiding niet in ontvangst te willen nemen. “Ze vond dat ze eigenlijk niet genoeg gedaan had, ze had alle kinderen willen redden. Ik heb haar gesmeekt om de onderscheiding toch te accepteren, ook omdat het bijzonder was dat ze bij leven werd onderscheiden en niet postuum. En … op de dag van de uitreiking was ze er, zelfs met haar kinderen.”

Ze vond dat ze niet genoeg gedaan had, ze had alle kinderen willen redden…

Inmiddels is Sietske al jaren overleden, maar één keer per jaar bezoekt Sallo het graf van de vrouw die hem heeft gered.

Tweede ouders

Een andere naam die voor altijd een grote plek in Sallo’s hart heeft gehouden, is die van de familie Te Lindert, die hij als zijn tweede vader en moeder is gaan beschouwen. Zijn langstdurende onderduikadres op verschillende momenten in de oorlog, zowel voor als na zijn redding. “Ik werd bij de zoektocht naar de piloot herkend als joods uitziend jongetje en verraden. Nadat ik was weggehaald, werd meneer Te Lindert gevangen gezet in kamp Vught, wegens hulp aan onderduikers. Toen ik na mijn redding in Amsterdam via een ander adres weer op hetzelfde onderduikadres terechtkwam, zat hij nog steeds gevangen.”

Zijn vrouw schreef hem maandelijks een brief, maar kon daarin niet schrijven dat ik terug was, want er was kans dat de brieven zouden worden geopend. Sallo: “Nu was het zo dat ik hem tijdens het bidden aan tafel vaak had zien duimendraaien. Ik zei dat dat oneerbiedig was en dat als hij het nog een keer deed, ik een touwtje om zijn duim zou binden. Daarom schreef ze aan haar man: Als je weer thuis bent krijg je een touwtje om je duim – als een code. Zodat hij zou begrijpen dat ik was teruggekeerd.”

Film

Het leven van Sallo van Gelder lijkt een film, niet alleen tijdens de oorlog maar ook daarna. De oorlog die hem nooit loslaat, net als zijn zoektocht naar antwoorden. Sommige vragen zijn beantwoord, sommige nog niet. Sallo is een overlevende van de Holocaust, in tegenstelling tot het jongetje met wie hij verwisseld werd. Niemand heeft van hem ooit nog iets gehoord. Hij is vrijwel zeker om het leven gekomen in een kamp…

Sallo: “Ik ben wel aan de dood ontsnapt, maar niet aan het leven.”

Op 27 januari is de internationale Holocaustherdenkingsdag, op de dag dat kamp Auschwitz bevrijd werd. Om 13.00 uur is er een online herdenking. Doe je mee? Dat kan via deze link!

Meer weten over Sallo’s verhaal? Bekijk deze video!