Veel moslims op de Westbank geloven dat het krijgen van een kindje met een handicap een straf van God is. Onder andere uit angst voor roddels worden deze kinderen verstopt of zelfs verstoten uit de familie. Dit maakt het werken met gehandicapte kinderen hier extra moeilijk.
Juist om deze reden is dit werk, speciaal hier op de Westbank, ook erg dankbaar werk. Het wordt me duidelijk dat vooral de gehandicapte kinderen de dupe zijn van de armoede in deze omgeving en de strikte regels van de Arabische cultuur. Voor hen is er geen bestaan en al helemaal geen toekomst. Wat is er dan mooier dan iets te kunnen betekenen voor deze kinderen?
Wat is er dan mooier dan iets te kunnen betekenen voor deze kinderen?
Dit doe ik
Daarom besloot ik om deze zomer vrijwilligerswerk te doen bij Jemima. Deze organisatie vangt gehandicapte kinderen en jongvolwassenen op en biedt woonzorg, dagbesteding en thuisondersteuning. Ik werk zowel op de woonzorg als op de dagbesteding. In deze blog wil ik je meer vertellen over de dagbesteding. Wat voor werk ik op de woonzorg doe vertel ik je later!
Klein schooltje
De dagbesteding is vergelijkbaar met een klein schooltje bestaande uit een hal en een paar kleine klaslokaaltjes. Een speciale bus brengt de thuiswonende kinderen om negen uur ’s ochtends naar school en om drie uur ’s middags terug naar huis. In de tussentijd leren de kinderen op school allerlei nieuwe dingen. Er wordt met hen gespeeld, gekleurd, geverfd, gezongen, gedanst en nog veel meer.
Grijpgrage handjes
De dagbesteding is de hele maand augustus gesloten en daarom werd afgelopen donderdag de laatste officiële lesdag gevierd. Rondom de school waren er allerlei activiteiten zoals glijden op een met sop en water bespoten glijbaan, waterballonnen gooien en waterverven. Een lerares had haar huisdieren meegenomen die de kinderen konden aaien. Een hond, konijn, kat en een kip moesten het vandaag ontgelden met al die drukke kinderen en grijpgrage handjes.
Een veel te klein jokerpakje, een zwartepietenbroek en een rode pruik -die overigens meer weg had van een badmuts- moesten er voor zorgen dat ik er als een echte clown uitzag.
En ik speelde als clown. Een veel te klein jokerpakje, een zwartepietenbroek en een rode pruik -die overigens meer weg had van een badmuts- moesten er voor zorgen dat ik er als een echte clown uitzag. De kinderen vonden het geweldig; ik was hun grote vriend. Tenminste de vriend van bijna iedereen… Achmad (in z’n konijnenpak) vond al die drukte maar niks en speelde liever alleen.
Met de bus naar huis
Het brengen en ophalen van de kinderen is al een heel avontuur op zich. Sommige kinderen wonen namelijk in het vluchtelingenkamp. Oorspronkelijk bestond dit kamp uit tenten maar in de loop der jaren is het kamp veranderd in een opeengepakte woonwijk met nauwe straatjes. Overburen kunnen elkaar vanuit hun huizen de hand schudden. Er is geen sprake van privacy en geheimen bestaan er niet. Iedereen weet alles van iedereen.
Protest
In principe is het kamp nauwelijks een vluchtelingenkamp te noemen. De mensen wonen er inmiddels vast en meer als protest tegen de veiligheidsbarrière die Israël heeft gebouwd. Nog altijd vinden er regelmatig huiszoekingen door Israëlische soldaten plaats. Om veiligheidsredenen volgens Israël, maar willekeurig en zonder reden volgens de Palestijnen.
Onrustig
Op vrijdag, de feestdag van de moslims, is het vaak erg onrustig in het kamp. Daarom worden de kinderen op deze dag eerder naar huis gebracht. Ik vind het erg moeilijk om de kinderen op deze plek achter te laten. Dit is geen plaats waar onschuldige kinderen horen op te groeien. Zoveel armoede, haat en onzekerheid. Gelukkig kunnen we hen op de dagbesteding een fijne dag en een heleboel liefde geven.