Elk moment dat ik wil huilen om mijn vertrek uit Jeruzalem zet ik mijn muziek een standje harder. Momenteel is het goed dat ik gebarentaal aan het leren ben want dit is vast niet oorverantwoord. Gelukkig, soort van, schrale troost enzo, weet ik dat het afscheid tijdelijk is. Ik kan hooguit bang zijn dat ik nooit meer ergens anders kom dan in Israël, dit inclusief het verrassingsaspect dat me nooit laat weten wanneer ik de stoffige straten weer door mag lopen.
Ik zit ouderwets met pen en papier op schoot in de bus. Mijn handschrift verslechtert met elk landschap waar ik mijn ogen nog even naar wil laten afdwalen. We zijn onderweg naar Tel Aviv, vanwaar we weer naar Nederland vliegen.
Achterblijfplan
Mijn visum loopt echter nog een tijdje door en mijn moederfiguur regelde tijdens een spontane ontmoeting met negen joodse mensen in Luxemburg een logeeradres voor me. Je begrijpt dat ik momenteel een subtiel achterblijfplan bedenk.
Aangezien ik had beloofd dat ik terug zou komen op ons werk (blog 1), vandaag een stukje bouwen aan Jeruzalem.
Ik heb al mijn nachten hier geslapen in mijn groene werk T-shirt, inclusief hardnekkige verfvlekken, van vorig jaar en was intens blij toen het dit jaar een gele bleek te zijn. Mijn enige andere gele kledingstuk is mijn regenjas en die draag ik vol passie en trots, in Nederland dan, want hier lijkt het bestaan van regen een beetje onrealistisch.
Ik geloof in de zon
Tijdens mijn vakantie in Ierland twee weken terug, sprak ik een christelijke man met een geweldig accent. Ja, ik geloof in Jezus zoals ik geloof in de zon, zei hij. Ik heb ze allebei nooit gezien, en toch vertrouw ik erop dat ze bestaan!
Hier kost het iets minder moeite te geloven in de hete, gloeiende, vliegende bol in de lucht genaamd zon, en ook God voelt dichterbij. Ik zal de Ieren in het vervolg een reisje Israël aanraden.
Naomi zat dus blij te wezen in haar nieuwe shirt. Ik werd echter snel van mijn gele wolk geslingerd toen de reisleider het benoemde als de kleur van de haat. Tussen alle groene shirtjes voelde ik me vooral een zonnetje. Een vervend, schurend, poetsend, boenend, zonnetje in de wijk Kiryat Hayovel. Door onze handen uit de mouwen te steken deden we aan community building en we kregen er veel bedankjes, mooie mensen, verfloze trappen en chocola voor terug.
Deze week wisselden de groepen. Ik en mijn mensenzootje verhuisden van Hineni (de gaarkeuken) naar Kiryat Hayovel (klussen) De andere 10 deden dit andersom.
Vreemd
Ik word best regelmatig uitgemaakt voor vreemd als ik vertel dat ik mijn vakantie deels invul met vrijwilligerswerk. Het letterlijke bouwen aan de stad en de dankbaarheid van mensen zijn echter heel lonend en het laat me straks naar huis vertrekken met een bijgetankt hart vol positiviteit en vertrouwen in de mensheid.
Verder heb ik naast het leren en werken genoeg ‘echte’ vakantie ervaringen. Zo ken ik de cruciale zin: ‘Ik wil bier’ in het Hebreeuws. Weet ik weer hoe zwemwater voelt, heb ik me stuk gelachen deze reis en ben ik momenteel op weg naar het strand.
En ja, ik ben ook best lekker bruin geworden.
Mijn huidige typesetting is weer ontzettend thuis, als in helemaal. Op mijn laptop en in mijn schrijfboekje staan echter nog wat blogs klaar die ik in het vliegtuig heb uitgetypt en dus rek ik het nagenieten nog een beetje uit door mijn verhalen met jullie te delen de komende tijd.
Sorry voor de mensen die van me af dachten te zijn, Israël werkt als spraakwater en ik ben voorlopig nog niet uitgepraat.