Voor het Joodse volk is de Sabbat heel belangrijk. Deze dag is anders dan de andere dagen en wordt ook zo gevierd. De sabbat begint op vrijdagavond als de zon ondergaat en eindigt zaterdag, op het tijdstip dat er drie sterren aan de hemel zichtbaar (zouden) zijn. De sabbatslezing speelt op deze rustdag een belangrijke rol. Deze week: in contact met God.
De mannen gaan vrijdagavond, zaterdagochtend en zaterdagmiddag naar de synagoge. De vrouwen mogen hier ook bij aanwezig zijn, maar dat is niet verplicht. In de synagoge wordt elke sabbat een gedeelte uit de Thora gelezen, oftewel een parasja. Deze gedeelten zijn zo verdeeld, dat alle vijf de boeken van de Thora (de eerste vijf Bijbelboeken) in een jaar helemaal gelezen worden.
Hierna wordt de haftara gelezen. Dat is een gedeelte uit de boeken van de Profeten. Denk aan Jozua, Richteren, Jesaja, Jeremia en Ezechiël.
Aan het einde van elke week delen wij de sabbatslezing met jullie en een korte toelichting daarop.
Sabbatslezing – parasja
De parasja, het eerste deel van de sabbatslezing, gaat deze week over Leviticus 1:1 – 5:19.
Het begin van dit Bijbelboek is heel opvallend: “De Heere riep Mozes…” Niet de mens, maar God neemt het initiatief in het contact. God wil dat Zijn volk in contact komt met Hem. En om in de nabijheid van God te kunnen komen, moet je een offer brengen. In de eerste vijf hoofdstukken geeft God instructies voor het brengen van offers.
De eerste drie hoofdstukken gaan over het brandoffer, graanoffer en dankoffer. Bij alle drie valt het op dat het vrijwillige offers zijn: “Wanneer iemand van u de HEERE een offergave wil aanbieden” Maar ook wordt zichtbaar dat het om offers gaan die de Heere tevreden kunnen stellen. Aan het eind van elk hoofdstuk lezen we namelijk: “Het is een brandoffer, een vuuroffer, een aangename geur voor de HEERE.” De eerste drie offers brengt men dus vrijwillig en zijn aangenaam voor de Heere.
De volgende twee offers zijn wel verplicht, namelijk het zondoffer en het schuldoffer. “Als een persoon zondigt… dan moet hij voor de zonde… een jonge stier aanbieden.” Of als een persoon een vervloeking hoort, iets onreins aanraakt of een belofte breekt, dan moet hij een lam of een geit aan de Heere als zondoffer aanbieden. “Zo zal de priester verzoening voor hem doen over zijn zonde, die hij begaan heeft, en het zal hem vergeven worden.”
Hoe bijzonder is het dat God instructies geeft aan het volk hoe ze Hem moeten benaderen. Hij geeft hen de mogelijkheid om contact met Hem te zoeken. En zelfs om vergeving van hun zonden te krijgen.
Ben jij al in contact gekomen met deze God? Of houd je je op afstand van Hem?
Sabbatslezing – haftara
De haftara, het tweede deel van de sabbatslezing gaat deze week over Jesaja 43:21 – 44:23.
De Heere heeft het volk mogelijkheden gegeven om in contact met Hem te zijn. Maar wat doet het volk? Ze hebben God niet aangeroepen, ze hebben de Heere geen offers gebracht, ze zijn Hem tot last geweest met hun zonden.
En toch klinkt er aan het begin van hoofdstuk 44: “Maar nu, luister, Jakob, Mijn dienaar, Israël, die Ik verkozen heb!” Het hoofdstuk begint met een maar, dat laat een tegenstelling zien. God geeft het volk namelijk de mogelijkheid om tot Hem terug te keren, zoals Hij dat elke keer weer doet. Hij wil nog steeds hun God zijn, hun Rots om op te bouwen. Hij zal Zijn volk niet vergeten.
Daarom klinkt het: “Zing vrolijk, hemel, want de HEERE heeft het gedaan! Juich, diepten van de aarde! Breek uit, bergen, in gejuich, bossen en elke boom daarin! Want de HEERE heeft Jakob verlost en Zich verheerlijkt in Israël.”
Zing jij ook tot lof van de Heere? Om wat Hij heeft gedaan voor Zijn volk en ook nog doet?
Sabbat shalom!
Lees hier de sabbatslezing van de vorige keer!
Wil je wekelijks de sabbatslezing ontvangen? Word dan gratis lid van onze Isreality WhatsApp! Klik hier voor meer info/aanmelden.